Column

Hans Wiegel – De VVD is altijd mordicus tegen een kiesdrempel geweest

28-05-2015 16:20

Het voorzitterschap van een politieke partij is – zei een vooraanstaand VVD’er indertijd – een deerniswekkende functie. Als alles goed gaat, hoor je hem niet. Dan gaat alle lof naar de politiek leider. Als het niet goed gaat, moet er een zondebok worden gevonden. Het aanzeggen dat de politiek leider moet beseffen dat zijn tijd gekomen is, gaat dan sommigen te ver. Dan maar iemand anders de schuld geven. De partijvoorzitter is dan vaak de Kop van Jut. Een liberaal politicus zei het wat anders: de partijvoorzitter moet ervoor zorgen dat de ledenadministratie op orde is en de contributie wordt geïnd.

Partijvoorzitters zijn invloedrijk, al verschilt dat per partij. De PvdA had vroeger vooraanstaande politici als voorzitter. Denk aan de oud-ministers Suurhoff en Vondeling. Nu Spekman, de man van “nivelleren is een feest”. In de KVP was indertijd Aalberse voorzitter. Hij was ook lid van de Tweede Kamer en zo de verbinding tussen fractie en hoofdbestuur. Bij de ARP Berghuis, bij de PPR Van Doorn. Achter de schermen machtige mannen.

‘Ja is genoeg, amen houdt maar op, volgend punt’

De VVD heeft allerlei soorten voorzitters gehad. De meest eminente was Professor Oud, die ook fractievoorzitter in de Tweede Kamer was, burgemeester van Rotterdam, hoogleraar en voorzitter van de VNG. Je kunt je zoiets niet meer voorstellen. Ik heb hem nog gekend. Mooie onvergetelijke herinneringen: Oud zat als partijvoorzitter de Algemene Vergaderingen van de VVD voor en hamerde er in tempo de agendapunten door. Toen een onverlaat uit de zaal een keer riep: “professor, wij zitten hier toch niet om alleen maar ja en amen te zeggen”, antwoordde Oud: “Ja is genoeg, amen houdt maar op, volgend punt”. Prachtig.

Na Oud kwam Ir. K. van der Pols, ondernemer uit Rotterdam. Met strik en pijp keek hij de zaal in met een gezicht van: wat gebeurt hier allemaal? Daarna kwam Haya van Someren, een echte politica. Dat was voor de toenmalige fractievoorzitter in de Tweede Kamer wel eens lastig, maar dat is niet erg. En over het ledenbestand sprekend: Onder haar voorzitterschap groeide de VVD in een paar jaar van 30.000 tot boven de 100.000 leden! Het was een geweldige tijd.

De nieuwe voorzitter Henry Keizer

Nu is voorzitter van de VVD Henry Keizer. Hij is financieel onafhankelijk. Doet het als vrijwilliger. Dat maakt hem sterk, hij hoeft er niet van te leven. Er stond kortgeleden een mooi interview met hem in de krant (Blendle-link). Geschreven door de befaamde journalist Jan Hoedeman. Boven het stuk stond: “de liberaal Henry Keizer is misschien wel de meest aaibare partijvoorzitter van Nederland”.

De mooiste passage uit het vraaggesprek was: “u hebt er met uw neus bovenop gezeten toen het eind vorige maand knalde tussen Rutte en Zijlstra over het bed-bad-brood. Grijpt u dan in?”

Antwoord van Keizer:

 

“Ik betwijfel of dit een theoretisch voorbeeld is. En dan doe ik daar geen mededelingen over”.

 

Een antwoord voor de fijnproever.

Kiesdrempel?

Ook zei de partijvoorzitter iets over een mogelijke kiesdrempel. Een zaak waar de VVD altijd mordicus tegen is geweest. We spreken elkaar nog!