El-Fassi propagandafilm met kinderen stelt islam voor een probleem

06-02-2015 16:40

Zijn moslims onschuldige kinderen? Hebben zij, net als kinderen, niets met de aanslagen in Parijs te maken? Dat is de boodschap van het filmpje van Adelkarim El-Fassi. Een slim filmpje dat echter afleidt van de echte, pijnlijke vraag waar elke moslim voor staat. Je zou het filmpje bijna geniaal kunnen noemen. El-Fassi weet de aandacht perfect af te leiden van de kern van de zaak. Binnenkort heeft iedereen het over kinderen misbruiken voor politieke doelen, en rollen de voorbeelden over elkaar heen. En raken we verder en verder van de kern van de zaak. Want kinderen – kom niet aan de kinderen!

Moslim zijn is een keuze

Terug naar de zaak. El-Fassi zegt dat hij zich niet wil verantwoorden voor het feit dat hij moslim is of Marokkaan. Dat is hij nu eenmaal, los van wat andere moslims of Marokkanen flikken. Hij weet van niks, net zoals moslimkinderen niets kunnen doen aan terroristische aanslagen. Wat dat Marokkaan zijn betreft, heeft hij gelijk. Dat ben je en blijf je. Maar moslim zijn, dat is een keuze. Vindt de buitenwereld. En El-Fassi ongetwijfeld ook. Maar is dat in deze tijd een verstandige keuze? Dat wil de buitenwereld wel eens weten.

Nee, moslims hoeven niet in het openbaar afstand te nemen van aanslagen gepleegd uit naam van de islam. Ik neem simpelweg aan dat de overgrote meerderheid tegen dat geweld is. Wie dat van moslims verlangt, eist, is alleen maar uit op de rel. Maar er is wel een andere vraag, een diepere vraag, die daaraan ten grondslag ligt en die moslims wél moeten proberen te beantwoorden. En die luidt hoe de islam die zij zeggen te belijden, zich verhoudt tot de islam van diegenen die dergelijke gruweldaden plegen.

De Vraag ontwijken

Goedgebekte (en da’s een compliment), hoog opgeleide moslims ontwijken die vraag zorgvuldig. Ze zeggen dat ze niets met de aanslagen te maken hebben (klopt) omdat de islam van de daders niet ‘mijn islam’ is. Hun islam is anders. En dan volgen vaak enige wollige zinnen doorspekt met termen als ‘vrede’ en ‘verdraagzaamheid’. Maar daar komen moslims niet mee weg. Blijkbaar is de islam een verzameling opvattingen waaruit iedereen ‘zijn’ islaampje mag kneden. En de een moordt uit naam van ‘zijn’ islam, en de ander babbelt vanwege ‘zijn’ islam over vrede en verdraagzaamheid. Daarmee maken die hoogopgeleide moslims de islam tot een grap, een religieuze supermarkt waar iedereen kan vinden wat hij wil vinden. En als dat zo is, hebben niet-moslims het volste recht om te vragen: waar staat ‘de’ islam dan voor? Staat zij überhaupt ergens voor? Heeft zij principes?

En nee, die terroristen zijn geen uitzondering, geen afwijking die je effe weg kunt kletsen. De ideologie van IS is geen uitzondering; ze is overal. Er is geen verschil tussen het kalifaat van ISIS en wat er in Saoedi-Arabië gebeurt, in menige oliestaat of op het platteland van Egypte en Pakistan. Dat intolerante, anti-intellectuele denken is in de islamitische wereld overal aan te wijzen, Dat is geen aberratie – als iets ‘de’ islam zou kunnen heten, dan is het die ‘abberratie’. De islam zit simpelweg met een enorm inhoudelijk probleem. Dat vinden niet alleen ongelovigen. Menige moslimintellectueel in de islamitische wereld heeft dat al gezegd. De discussie laait inmiddels overal op. Maar hier in Nederland steken die goedgebekte moslims de kop in het zand. Niks mee te maken. Niks aan de hand. Is niet ‘mijn’ islam.

Waar is de intellectuele moed?

Dat gebrek aan intellectuele moed is goed verklaarbaar. Mensen als El-Fassi hebben wel wat anders aan hun hoofd. Ze willen carrière maken, zonder voortdurend te horen ‘Hé, jij bent toch moslim?’. Dat is al lastig zat. En dat geloof, ach… dat is iets van de familie, de oude buurt, van vroeger. Daar houden ze zich liever niet mee bezig. Dus wat is dan ‘mijn’ islam? In de meeste gevallen bijna niks. Een combinatie van ‘ietsisme’ met twee, drie oude gebruiken. Liever geen varkensvlees, drank moet kunnen, tijdens de ramadan stiekem water drinken, en dan het Suikerfeest. ‘Mijn’ islam stelt geen reet voor. En het is ze gegund. Maar ze willen er niet over beginnen. En dus niet op ‘hun’ islam aangesproken worden. Iedereen weet dat ‘hun’ islam eigenlijk helemaal geen islam is. Dat ze net zo goed niks kunnen geloven. En iedereen zwijgt. Zolang je maar zegt dat je moslim bent (met hypocriete varianten als: ‘cultureel moslim’) is het goed. Uittreden is immers ondenkbaar. Dus dan maar de façade van ‘mijn islam’. En dan maar hopen dat niemand vragen stelt. En als dat wél gebeurt, als het gezeur maar aanhoudt, terugslaan met een filmpje dat de aandacht afleidt van de échte vraag. Wat is de islam?

‘Die islam van mij, die stelt geen ruk voor’

Moslims hoeven geen ‘sorry’ te zeggen voor terreur. Maar wie o wie brengt nu eens de moed op om eerlijk te zijn? Wie o wie durft dat grote taboe te doorbreken, zijn geweten te volgen, en te zeggen: “Die islam van mij, die stelt geen ruk voor. Noem mij maar gewoon atheïst.” En wellicht zijn er ook moslims die het volgende durven te zeggen: “Ik wil effe geen moslim meer zijn. Er gebeuren té veel gekke dingen uit naam van dat geloof. Ik kom wel terug wanneer de islam de boel weer op orde heeft. Wanneer de gekken niet langer aan het stuur zitten.”

Nu doen ze dat wel. Van Parijs tot Riyad tot Atjeh.

Welke moslim heeft de moed zijn geloof ter discussie te stellen?