Column

Brumar: over depressies

15-03-2014 11:13

Een belangrijke reden om naar buiten te treden over mijn lijden aan depressies is het taboe dat nog altijd rust op vrijwel alle soorten van psychische aandoeningen. In het calvinistische kabouterland Nederland zijn we inmiddels wel al zo ver dat een vrouw in barensnood überhaupt mag vragen om een ruggenprik, terwijl dat in andere landen al jaren gebruikelijk is, maar als het over psychische aandoeningen gaat leven we nog in 1900. Depressie? Dan ben je gek. En gekte is nog altijd geen ziekte van het brein maar iets wat verdwijnt ‘als je er maar over praat’. 

Wanneer je een heel leven lang dagelijks de gevolgen ondervindt van een chronische ziekte en handicap en steeds maar weer op onbegrip, domheid, achterlijkheid, kortzichtigheid en psychologen (lees: sociaal-democratische vrouwen) stuit, wordt het verduidelijken van een ziekte en strijden voor meer begrip voor die ziekte een noodzaak. 

Asperger

Ik kies er zelf voor naar buiten te treden met vrijwel alles en, los van de depressie, ik heb ongetwijfeld een zelfde soort van syndroom van Asperger of andere vorm van communicatiestoornis. Ook ik ben een gekkie.

Ik kan me althans niet herinneren ooit voor mijn lol te hebben deelgenomen aan een verjaardag, dagje uit, bordspel, studentenintroductie of enige andere vorm van ‘gezellig’ samenzijn. In elk geval niet nuchter.

Mij interesseert het geen fuck wat de receptie is van mijn naar buiten treden met mijn chronische aandoening. Haten doen ze toch wel en D66-lid ga ik echt nooit worden dus de helft van Amsterdam heb ik sowieso al niks mee.

Zombieleger

Maar ik weet dat er honderdduizenden depressiepatiënten in Nederland zijn die óók dagelijks lijden onder hun depressie en óók dagelijks worden geconfronteerd met het zombieleger van bemoeizuchtig Nederland inclusief de apologeten der magische maakbaarheid die psychologie heet.

Deze patiënten hebben minder mogelijkheden om zich te uiten. Laat staan dat ze behoefte hebben hun nek uit te steken en collectief te worden afgeslacht omdat ze zo dom waren toe te geven een handicap te hebben.

Kabouterland Nederland: wie geen baard en puntmuts heeft moet kapot.

Mijn openlijke strijd tegen mijn depressies is tegelijk een steun voor anderen. Dat weet ik, want telkens als ik in interview of epistel schrijf over mijn depressie komen de steunbetuigingen van patiënten in vergelijkbare situatie tot mij. Waarvoor geen dank.

Big Pharma!!1!11!!

Wel ben ik nu de rest van mijn leven slachtoffer van het, vooral online, groeiende leger tussen-de-oren-maffia. De anti-Big Pharma!!!1!11!! kruidenvrouwtjes, hele en halve aluhoedjes en ander laagvoorhoofdig volk dat uiteraard wel ineens gebruik maakt van Big Pharma!!!!1!11!! als ze kanker hebben of een blindedarmoperatie moeten ondergaan.

Maarja. Kanker en blinde darm zit niet tussen de oren. En alles tussen de oren ‘kan worden weggepraat’ en ‘medicijnen tegen een ernstige aandoening als depressie zijn gevaarlijk’ want dan ‘wordt je persoonlijkheid aangetast’, kom je ‘100 kilo aan’, kun je op slag in een bloeddorstige moordenaar veranderen en ben je ‘voor eeuwig impotent’ want dat staat allemaal op het internet dus moet het wel waar zijn.

(Maar ze helpen wel.)

Hoe dan ook: inmiddels weten al mijn vrinden, kennissen en geliefden van de hoed en de rand. Ze weten dat ‘depressie’ niet ophoudt door ‘het leven ook zelf leuk te maken’, ‘op tijd naar bed te gaan’ of ‘eens niet zo negatief te doen’ (lol motherfucker).

Kwaliteit van leven

Ze weten hoe ik, en anderen, daar onder kunnen lijden, hoe iets vanzelfsprekends als kwaliteit van leven ineens zeldzaam en kostbaar kan zijn voor depressiepatiënten en vooral: waarom ik niet naar feestjes wil, of een lekker dagje uit, of gezellig in het volleybalteam meedoen met de collegaatjes of fijn een middagje shoppen of gewoon ‘eens een keer iets leuks te doen zonder altijd maar negatief en kritisch te zijn enzo’.

Of één van die vele, vele, vele, vele andere gezellige, gemaakt leuke, schrale, weke, lauwe, laffe ‘gezelligheids’-dingetjes waar ‘sociale’ mensen elkaar zo graag moreel mee klem zetten zodat ze tijdelijk bevestigd worden in het veilige gevoel echt niet eenzaam te zijn. 

Vrienden en kennissen, reken niet op mij. Ik ben depressief. 

En veel vaker dan slechts af en toe is dat een zegen in sociaal beschaafd kabouterland Nederland.