De rabiate prietpraat van de borstvoedingspolitie

21-02-2015 14:48

‘Men kope wat vloeibaar arsenicum, men giete dat in een fles met lekkere sabbelspeen er op, men pakke de pasgeborene en men brenge de vloeistof naar de zacht geopende lipjes. Zie hier: ons advies over de juiste babyvoeding.’

Je zou denken dat de auteurs van het blad Zwanger- Ouders van Nu bovenstaande zinnen werkelijk hebben opgeschreven. Dan was het in elk geval te begrijpen dat de beroepsorganisatie van verloskundigen (KNOV) de jarenlange samenwerking met het tijdschrift heeft stopgezet. Maar nee, de auteurs hebben iets anders gedaan: ze hebben advertenties geplaatst voor, quelle horreur, flesvoeding.

En flesvoeding, beste mensen, is blijkbaar de duivel. De KNOV heeft in juni 2014 ingestemd met de WHO borstvoedingscode die voorschrijft dat marketing en reclame voor moedermelkvervangers en bijbehorende producten als speentjes en flessen aan banden moeten worden gelegd. Oe, snel wegwezen dus, verloskundigen, ksssssst met die vieze flessenpropaganda!

Gewapend beton

Ik moet er zo van kermen. En vorige week krabde ik ook al het behang van de muren toen ik las dat medewerkers van het St. Antoniusziekenhuis in Nieuwegein tijdens een voorlichtingsavond voor zwangeren met droge ogen hebben beweerd dat baby’s die met de fles worden gevoed minder liefde krijgen en een scheef hoofd ontwikkelen.

Het houdt niet op, niet vanzelf. Je mag ze geen maffia noemen, de pleiters voor de tiet, want ze strijden voor een mooie zaak. Dat vind ik ook echt. Je denkt toch niet dat ik hier ga beweren dat er iets mis is met borstvoeding? Nee, hoor, de borst geven is gezond, ontroerend, intiem en soms reuze handig (als je met een krijsende baby in een ellenlange wachtrij op Schiphol staat bijvoorbeeld).

Ik bewaar goede herinneringen aan borstvoedingsmomenten met mijn beide zoons. Zo’n knorrend kindje dicht tegen je aan, je moet wel van gewapend beton zijn wil je daar niet warm van worden. Of je moet enorme kloven hebben. Of een borstontsteking. Of melk die niet op gang komt.

Ongezohohohond

Want alle prachtige brochures en websites ten spijt: sorry mensen, de tiet geven is niet altijd een feestje. Ja, ik heb genoten van mijn beide knorretjes, maar er waren ook dagen vol diepe wanhoop, zeker toen mijn tweede kind na een tijdje stelselmatig de borst weigerde. Ik liet lactatiedames aantreden, ik googelde me suf, ik paste tips toe als ‘Zorg dat je alleen met je kindje in een rustige, niet te lichte ruimte zit zodat hij zich echt op jouw voeding kan concentreren.’

De laatste borstvoedingsweken bracht ik gemiddeld zes uur per dag in een volstrekt verduisterde slaapkamer door met een wanhopig krijsend kind dat ik manmoedig aan mijn bonbonella poogde te drukken. Na een hele tijd heel erg hard proberen en heel erg mijn best doen belandde ik in tranen bij mijn huisarts. Die stelde een doodsimpele vraag. ‘Waarom stop je er niet mee?’. ‘Om-dat-poehoehoeder-ongezohohohond-is’, jammerde ik. ‘Wat een gelul,’ bromde de goede man, om mij te wijzen op rapporten die elkaar voortdurend tegenspreken. Het ene zei: ja, de borst is beter. Het andere zei: onzin, kunstvoeding is goed genoeg.

Tietpolitie

Discussies over borstvoeding, ze duren al decennia lang. Dat geeft niet, hier in Nederland mag iedereen een eigen keuze maken. Maar wijs vrouwen dan ook op die keuze. Nu dacht ik zelf en vele vriendinnen met mij dat we faalden voor het Nationale Landelijke Goede Moederschapstentamen, puur omdat we flesjes gaven. Ik ken heel wat vrouwen die zulke bloedende tepels hadden dat de poep van hun kindje rood gekleurd was. En nog durfden ze niet te stoppen.

Nee, ik zal niet spreken van maffia, maar ik vind dat de pro-borstvoeders vaak te eenzijdig voorlichten. Dat de KNOV haar doelgroep van informatie verstoken houdt omdat een zwangerschapsblad toevallig een poedermelkadvertentie plaatst, is schandalig. En beweren dat fleskinderen scheefkopjes worden is een nieuwe variant op ‘Van rukken word je doof.’

Er zijn heel veel verstandige mensen die borstvoeding propageren. Daar hebben ze groot gelijk in. Maar ook zij weten dat er geldige redenen zijn om het niet te doen. Jonge moeders zijn wandelende bommetjes met schuldgevoel, ik gun het ze enorm dat verstoken blijven van de rabiate prietpraat en extreme stellingnames van de tietpolitie. Je zou bijna denken dat er iets bij de zooggekkies in hun drankje is gegooid. Maar dat kan natuurlijk niet.

Lees ook in Blendle:

Falende ouders verenigt u!