Politiek

De puinhopen van rechts (3): Verdonk wilde Trots op Nederland overdoen aan de PVV

12-12-2014 12:01

Ooit was Rita Verdonk de populairste minister van het gehate kabinet Balkenende-II. Hoewel ze net geen lijsttrekker van de VVD werd, behaalde ze wel een ander unicum: ze kreeg bij de verkiezingen van 2006 meer stemmen dan de lijsttrekker. De populariteit die Verdonk aanvankelijk had, bleef hoog toen ze eenmaal door Mark Rutte uit de VVD was gegooid. De beweging Trots op Nederland kreeg een vliegende start en scoorde in de peilingen enorme zetelaantallen.

Maar zoals dat wel vaker gaat in de rechtse politiek, was het succes maar van beperkte duur. Hoewel de peilingen goed waren, kon ‘Trots’ niet deelnemen aan verkiezingen om dit succes te verzilveren. Ruim twee en een half jaar nadat Verdonk uit de VVD was gegooid, deed Trots op Nederland voor het eerst mee aan verkiezingen. In 2010 waren de gemeenteraadsverkiezingen nog een succes voor Trots op Nederland met ruim 65 lokale zetels.

Nationaal fiasco

Maar nationaal draaiden de verkiezingen voor Trots op Nederland uit op een fiasco: Verdonk kwam na juni 2010 niet meer terug in de Tweede Kamer en was plotseling politiek leider van een partij met weliswaar gemeenteraadsleden, maar geen nationale zichtbaarheid. Het leverde Verdonk hoofdbrekens op: hoe moest het verder met Trots op Nederland? Moest ze stoppen of doorgaan?

Verdonk wilde al snel stoppen en zou dat in 2011 ook daadwerkelijk doen. Verdonk wilde van de associatie met Trots op Nederland af: de beweging was immers in de publieke opinie op een totale mislukking uitgelopen. Eerst probeerde Verdonk nog een andere leider te vinden in de hoop het zinkende schip met opgeheven hoofd te kunnen verlaten, maar toen ze daar niet in slaagde, ontstond een heel ander plan: een vergaande samenwerking of zelfs fusie met de PVV.

Samenwerken

“Wat zou je ervan vinden als we zouden gaan samenwerken met de PVV?” De vraag aan verschillende intimi klonk destijds als een toevallige suggestie, maar hij bleek al snel uiterst serieus. Het plan was helder: de PVV had een stevige vertegenwoordiging van 24 zetels in de Tweede Kamer maar de partij beschikte niet over een landelijk netwerk. En Trots op Nederland had een bescheiden landelijk netwerk maar geen Kamerleden. Als de lokale fracties van Trots op Nederland over zouden gaan naar de PVV, was Verdonk van de associatie met haar mislukte beweging af.

Maar zo gemakkelijk ging dat niet. Het eerste probleem was een enorm intern gebrek aan enthousiasme over het plan. Meerdere actieve leden van Trots waren tegen de voorgestelde samenwerking, ook als die een vrijblijvend karakter zou hebben en niet zou uitdraaien op een complete fusie. De actieve leden hadden zich immers niet voor niets bij Trots op Nederland aangesloten: ze waren vaak uiterst kritisch over de PVV.

Wilde de PVV ook?

Maar aangezien de beweging van Verdonk toch al aan het uiteenvallen was en te maken had met diverse afsplitsingen in verschillende gemeenteraden, was interne steun niet Verdonks grootste kopzorg. Of afdelingen nu naar de PVV zouden gaan of zich bij een samenwerking zouden afsplitsen maakte voor Verdonk nauwelijks uit. Het eindresultaat zou hetzelfde zijn: Trots op Nederland zou ophouden te bestaan.

Het grootste probleem vormde Geert Wilders, met wie Verdonk wel een telefoongesprek voerde over de kwestie, maar met wie ze verder nooit tot overleg kwam. Ook de intimi van destijds weten niet of Verdonk Wilders er na dat telefoongesprek ooit nog persoonlijk over sprak. Sommigen zeggen dat Wilders de boot vanaf het begin afhield, anderen zeggen dat er wel een afspraak gepland stond, maar dat hij niet kwam opdagen.

Hoe het ook ging, Wilders had groot gelijk: de fracties van Trots op Nederland zouden vooral voor veel problemen zorgen en deden dat al een tijdje. Wilders had al genoeg aan zijn eigen Haagse fractie.

Dirk-Jan Keijser en Chris Aalberts interviewden de afgelopen maanden betrokkenen bij de partijen die sinds 2002 rechts van het midden werden opgericht zoals de LPF, Trots op Nederland en de PVV. In 2015 komt hun boek uit over ‘De puinhopen van rechts’. Vanaf nu schrijven zij wekelijks over hun bevindingen.