Politiek

Natuurlijk luisteren politici en ambtenaren niet naar twitterende burgers

01-10-2013 14:09

De favoriete uitlaatklep van veel burgers heet tegenwoordig Facebook of Twitter. Zoek op een actueel onderwerp en de ontevreden burgers grijnzen je boos tegemoet. Ze vinden dat er te veel wordt bezuinigd, dat de ouderen worden gepakt, dat er te weinig aan duurzaamheid wordt gedaan, dat er te veel geld naar Europa en Afrika gaat of dat zelfstandigen te veel moeten inleveren. De alom aanwezige boze burger kan gemakkelijker dan ooit zijn grieven kwijt op een manier die voor iedereen te lezen is. Wat moeten de politiek en de overheid daarmee doen? 

Goeroes op het gebied van internet en sociale media geven steeds weer het antwoord dat de politiek en ambtenarij beter naar burgers moeten luisteren. Beide groepen zouden meer oog moeten hebben voor wat burgers van kwesties vinden en naar hen luisteren. Door de transparantie en interactie die het gevolg zijn van internet en sociale media, zou het voor politici en ambtenaren ook gemakkelijker worden iets met al die burgerinput te doen. Hoe komt het toch dat politici en ambtenaren nauwelijks gehoor geven aan dit soort oproepen?

Politiek voor beginners

De verbazing over de ineffectiviteit van sociale media om de politiek te beïnvloeden heeft een hele eenvoudige reden. De mensen die klagen dat sociale media geen effect sorteren hebben geen idee hoe de overheid en de politiek werken. Daarom voor hen een kort lesje politiek voor beginners. Als klachten op sociale media tot ander beleid moeten leiden, betekent dit dat er iets moet veranderen in het beleidsproces. Hoe ziet het beleidsproces er eigenlijk uit? Stel dat een burger een tweet stuurt over een politiek thema. Wat gebeurt er dan?

Beleid begint meestal bij ambtenaren. Deze bevinden zich op ministeries of bij andere overheden in provincie- of gemeentehuizen. Deze werknemers hebben allerlei taken, ze overleggen met allerlei belanghebbenden, inventariseren het bestaande beleid en bedenken oplossingen. Ambtenaren hebben een baas die hen beoordeelt zoals iedere baas dat bij zijn werknemers doet. De ambtenaar moet zich schikken in een hiërarchische lijn. Als een burger iets twittert, maakt dat weinig uit. De baas blijft belangrijker.

Voor hoger geplaatste ambtenaren is dit niet anders. Zij hebben ook een baas, in de vorm van een directeur-generaal, een gemeentesecretaris of een bewindspersoon. Het systeem is hiërarchisch: als men niet naar de baas luistert maakt men nooit promotie. Tweets van burgers maken dus niets uit.

Bestuurders

Ministers, wethouders en andere bestuurders geven leiding aan overheden. Hoewel zij wel de baas zijn, kunnen zij niet alles zelf bepalen. Ze worden door volksvertegenwoordigers gecontroleerd. En dus zullen bestuurders niet zomaar luisteren naar burgers die hen boze tweets sturen, simpelweg omdat het niet de burger is die hen op korte termijn kan wegsturen, maar de volksvertegenwoordiging. De mening van de volksvertegenwoordiging is dus belangrijker.

Kunnen volksvertegenwoordigers zonder meer naar tweets van burgers luisteren? Ook al niet, want zij zijn vaak gebonden aan een bepaalde coalitie, waarbij afspraken zijn gemaakt. Als de burger iets twittert, gaan coalitieafspraken nog steeds voor. Bovendien moeten volksvertegenwoordigers geen herrie schoppen in hun fractie, willen ze de volgende verkiezing weer op de lijst komen te staan. Het partijprogramma, coalitieafspraken en fractiestandpunten zijn voor volksvertegenwoordigers belangrijker dan tweets van burgers.

Uitvoerders

Zelfs als we kijken naar de instellingen die veel politieke besluiten uitvoeren, is het de vraag of deze zonder meer naar tweets van burgers kunnen luisteren. Of het nu gaat om ziekenhuizen, scholen of woningcorporaties: ze moeten zich vooral aan de wetten en regels houden om niet negatief in het nieuws te komen, geen subsidies te verliezen en niet verzeild te raken in rechtszaken. En dus kunnen burgers over deze instellingen twitteren wat ze willen. Dat kan vanuit PR-oogpunt vervelend zijn, maar het is uiteindelijk minder belangrijk dan de wet- en regelgeving.

Tweets van burgers zijn dus niet belangrijk: ambtenaren luisteren naar hun directeur, die luisteren naar bestuurders, bestuurders luisteren naar volksvertegenwoordigers en die luisteren weer naar hun politieke leiding. Uitvoerders van wet- en regelgeving luisteren vooral naar de wetgever en de subsidieverstrekker. Burgers staan bij al deze relaties op afstand en dat zal altijd zo blijven. Dus je kunt als burger twitteren totdat je een ons weegt, maar de kans dat je daarmee beleid verandert is erg klein.

Als pleitbezorgers van sociale media of burgers vinden dat er wel naar twitteraars geluisterd moet worden, moeten zij maar eens een realistisch voordeel doen hoe ze de overheid en politiek dan wel willen organiseren.

Chris Aalberts is auteur van Veel gekwetter weinig wol over de inzet van sociale media bij overheid, politiek en burgers. Deze blog is een bewerking van een gastcollege wat hij afgelopen week gaf aan de Haagse Hogeschool.